Een aantal jaar geleden was ik met lifestyle- en sportfotograaf Bram Berkien mee naar PSV om een wedstrijd te fotograferen. Hiervoor kregen wij accreditatie. Voor mij een unieke ervaring die ik eigenlijk eerder nog niet had gedeeld. En dan meteen een paar tips- en learnings voor de geïnteresseerden.
Les 1: Gear matters
Dit is iets dat de professionele fotografen natuurlijk al lang wisten. Maar zeker bij sportfotografie is dit extra belangrijk. Hoe je het wendt of keert: het is actie, vaak ver weg en vaak onder slechte weer- en lichtomstandigheden. En dan heb je gewoon goed materiaal nodig. Op dat moment had ik nog niet wat ik nu allemaal heb, dus had ik de volgende kit gehuurd:
- Canon 1DX MK II
- Canon 400mm f/2.8L IS II USM
Ik had mijn Canon 70-200 mm f/2.8 IS II USM ook mee, maar deze heb ik uiteindelijk niet meer gebruikt. De f/2.8 lensopening van de 400 mm heb je vaak wel nodig. Bij ons was het relatief donker en grauw en dan waren al snel dit mijn instellingen:
- Sluitertijd: 1/1600
- Diafragma: f/2.8
- ISO: 1600-3200
In veel opzichten was dit nog minimaal: bij 1/1600 heb je vaak nog wel iets van beweging. Wil je het écht goed bevriezen, ga je al snel naar 1/2500 of nog korter. Dus dan gaat je ISO dus ook al snel omhoog. Een diafragma van f/4.0 was ook nog wel te doen geweest.
Zoomlens of prime/vast brandpunt? Jaren geleden was ik echt van de primes, maar tegenwoordig zweer ik steeds meer en meer bij zooms. Als ik mijn beelden terugkijk zie ik dat ik vaak té dichtbij was, zonder echt het totaalplaatje te laten zien. Beter was denk ik dus:
- 100-300 f/2.8 lens (zoals de Sigma 120-300mm f/2.8 DG OS HSM SPORTS lens die ik heb gehad maar verkocht)
- 200-400 f/4.0 lens (zoals de Canon 200-400mm f/4L IS USM met ingebouwde 1.4x tele converter)
Les 2: Spray & pray
Dit lijkt misschien ietwat provocerend, maar dit is precies zoals ik het had ervaren. Natuurlijk moet je voor het fotograferen van een voetbalwedstrijd weten wat je doet. Maar ik ga er van uit dat je ervaren bent. Aspecten zoals sluitertijd en diafragma spreken voor zich. Verder doet de camera ook een groot deel van het werk, zoals het scherpstellen via intelligente (en steeds vaker AI-gedreven) technologieën. Het is voor een gedeelte dus meer een kwestie van “niet verprutsen” en “spray and pray”.
Geluk is dan ook heel belangrijk. Een actie kan je vaak niet timen: je schiet gewoon zo veel als mogelijk (10-20 beelden per sec.) en kiest achteraf het mooiste beeld er uit. Bovendien maakt het veel uit waar je staat. Hier heb je echter maar beperkt invloed op. En of de goals steeds aan de verkeerde kant vallen, of aan jouw kant, is ook maar een kwestie van geluk. En of een speler nét voor je beeld loopt (of niet) ook. En zo kan ik nog wel even doorgaan.
Dat het in mijn ogen “niet zo moeilijk” is, wil niet zeggen dat het niet hard werken is. Je hebt veel geduld nodig, moet scherp zijn, mag geen fouten maken, moet beelden vaak snel opleveren etc. Bovendien kan je geluk ook voor een gedeelte afdwingen door vaker dan gemiddeld klaar te staan en zo goed als nooit fouten te maken. Als je dit combineert met niet sporadisch, maar structureel en wekelijks wedstrijden vast te leggen, dan vul je vanzelf je portfolio.
Overigens denk ik niet dat sportfotografie in zijn algemeenheid makkelijk is (integendeel zelfs). Er kan echt veel mis gaan en de concurrentie is hoog. Maar het vastleggen van een voetbalwedstrijd is voor een groot deel: klaarstaan en hopen dat het er op staat. En voor de rest doet de technologie een hoop van het werk voor je. Maar het volgen van atleten backstage, portretten, documenteren etc. is weer een heel ander verhaal waar andere skills voor nodig zijn.
Les 3: Dunning-Kruger effect
Zoals iedere fotograaf ben ook ik helemaal onderaan begonnen. En ja, ik vond mijzelf in de eerste jaren – toen ik nog niet 10% wist van wat ik nu weet – al heel wat. Het welbekende Dunning-Kruger effect. Als ik de beelden terugkijk zijn ze matig. Ondanks dat de lens super scherp en mooi was, zijn vrijwel alle beelden ook behoorlijk tight. Eigenlijk gewoon close-up’s van de atleten. Leuk, maar weinig afwisselend.
Meer omgeving en context had geen kwaad gekund. Dus die 70-200 2.8 zoomlens die ik gewoon bij me had, had ik gewoon moeten gebruiken. Maar ook in de edit liet ik behoorlijk wat steken vallen als ik de beelden zo terugkijk. Ik heb de JPG bestanden nog ietsjes opgeschoond, want de RAW’s zoeken tussen die duizenden beelden heb ik even geen tijd voor (lees: zin). Oude beelden terugkijken: ik kan het iedereen aanraden.
Ektor Tsolodimos
Ektor Tsolodimos is oprichter en eigenaar van Epsilon Studios. Je kunt zijn werk ook volgen via Instagram en LinkedIn.